donderdag 30 april 2009

Filmdrama Winterreise uit 2006 via Arte-televisie

Tweemaal binnen een week
De Duits-Franse cultuurzender Arte-televisie presenteert op de avond van donderdag 30 april het filmdrama Winterreise uit 2006; regisseur is Hans Sebastian Steinbichler. Het camerwerk is van Bella Halben. Muziek werd gecomponeerd Antoni Lazarkiewicz. De rolprent zal, met stereofonisch geluid, worden gepresenteerd op het formaat 16:9. Op zondag 3 mei, 's middags om 16:00 uur wordt de film op dezelfde zender herhaald.
Artsen zeggen dat de zestigjarige ondernemer Franz Brenninger manisch-depressief is; artsen zijn klootzakken, is de mening van de gediagnostiseerde. Hij besluit dan ook zijn omgeving met sneeuw en daartoe behorende toestanden en gebeurtenissen in te ruilen voor een plek onder de Afrikaanse zon. Kort tevoren is hij voor tienduizenden euro's opgelicht door een Keniaan.

Schubert-analogie
In 1827, een jaar voor zijn overlijden, voltooide de componist Franz Schubert — geboren in 1797 — zijn liederencyclus Die Winterreise, waarin een door het object van zijn begeerte afgewezen jongeman, met de Dood op de hielen, een troosteloze reis onderneemt.
Regisseur Steinbichler zag de analogie met de door hem voorgestelde figuren: de ondernemer, gespeeld door Josef Bierbichler weet, samen met zijn film-wederhelft Hanna Schygulla, het ietwat irritante verhaal — menigeen zal het voorgestelde ervaren als "aan de haren erbij gesleept — tot een fascinerende acteerervaring op te stuwen. De parallellen met Schuberts Winterreise worden echter helemaal naar de achtergrond verplaatst door de geweldige, soms bijna gewelddadig aandoende, contrasten tussen de vlijmende koude in het winterse deel van Europa enerzijds en de van hitte trillende lucht in Afrika.
__________
Foto: Bayerischer Rundfunk; © d.i.e. Film GmbH, München.

maandag 27 april 2009

Pantserkruiser Potemkin van Eisenstein op Arte-tv

Zwijgende film
Toen regisseur Sergej Eisenstein (1898-1948) [1] van de leiding der Communistische Partij in 1925 — toen dat regime, ontstaan uit lieden die zich tijdens de Revolutie van 1917 in het Rusland van toen niet onbetuigd hadden gelaten — de opdracht kreeg, om ter gelegenheid van de herdenking van de eerste Revolutie in 1905 [2], een film te maken, is daaruit een omvangrijk script voor een zwijgende rolprent ontstaan. Aangezien veel scènes in de open lucht moesten worden opgenomen, is er één en ander vertraagd doordat in die periode de weersomstandigheden in Bakoe zo miserabel waren dat Eisenstein besloot naar Odessa uit te wijken om verder te kunnen filmen. Dat betekende tevens dat er honderden bladzijden uit het draaiboek niet konden worden omgezet. Eenmaal aan het werk getogen in Odessa, nam de regsseur het besluit om het verhaal van de Pantserkruiser Potemkin [3] en de daarop aansluitende opstand te Odessa als symbool te nemen voor de gehele Russische Revolutie. Hoewel de film inmiddels een hoge mensenleeftijd heeft bereikt, blijft deze technisch en inhoudelijk nieuw, hetgeen zo'n enorme verdienste is dat er nog altijd legio filmkenners en dito critici te vinden zijn die deze rolprent als Beste Film Aller Tijden beschouwen.
Arte zal deze film opnieuw uitzenden in de nacht van zondag 17 mei, vanaf 03:00 uur.
Meer gegevens over alle medewerkenden aan de film en over enkele zaken betreffende de restaurate zijn te vinden op het daarvoor bestemde onderdeel van de website van Arte-televisie.
__________

[1] De juiste Nederlandse transliteratie zou als Eizensjtejn moeten worden gespeld, maar zoals dat vaak bij internationaal vermaarde figuren gebeurt, wordt die transliteratie — soms ook wel transcriptie — gebruikt, die het dichtst bij een Engelse komt: globalisering avant la lettre.
[2] De Russische componist Dmitri Sjostakovitsj (1906-1975) biedt in zijn Elfde Symfonie, opus 103, uit 1957, een beeld in muziek van de revolutionaire gebeurtenissen in het jaar 1905, hetgeen dan ook in de ondertitel is vermeld.
[3] Spreek uit als: Pàtjomkin — met de klemtoon op de tweede lettergreep.
____________
Afbeeldingen
1. Regisseur Sergej Eisenstein.
2. Scène uit de film Pantserkruiser Potemkin.
(Foto: © ARD; ARD/Degeto.)

zondag 19 april 2009

Cléments Gervaise naar Emile Zola's L'Assommoir

Sociale rolprent
Op zondag 19 april wordt de inmiddels klassieke speelfilm Gervaise, uit 1956 van René Clément (1913-1996), naar de roman L'Assommoir uit 1877 van Emile Zola (1840-1902) via TV5 uitgezonden, tussen 21:00 en 22:50 uur.
De rolprent toont de wasvrouw Gervaise, hoofdpersoon uit de genoemde roman — gespeeld door de Duitse actrice Maria Schell (1926-2005) —, die door haar man wordt verlaten en aanvankelijk het geluk schijnt te vinden bij een goede vent, die in de bouw werkt. Kort daarna flikkert hij tijdens zijn werk van het dak en raakt daardoor werkloos, en heeft hij geen enkel uitzicht op nieuw werk, waardoor hij aan de drank raakt. Daarmee is iedere hoop op een betere toekomst voor Gervaise en haar kinderen vervlogen.

Waardering
Hoewel het om een literaire verfilming gaat, is de rolprent niet geheel gespeend van suggestief-emotionele elementen, waardoor deze film, althans mede, een status heeft gekregen die in de huidige tijd veelal als tranentrekker wordt gekwalificeerd. De film werd overladen met prijzen, waarbij de actrice-protagoniste ook weer een hoofdrol heeft vervuld.
Het sociale element — in de vorm van een anti alcohol stellingname — werd eveneens hogelijk gewaardeerd. De afwijzing van het misbruik van het 'kostelijke vocht' dat meestentijds echter als genotmiddel wordt gekwalificeerd, was voor ieder duidelijk die in haar of zijn jeugd wel eens is geconfronteerd — niet zelden was tijdens een les op de lagere school — met het prentje van zeker een eeuw geleden, waarin een klein kind haar papa uit een café mee naar huis probeert te praten Ach vader, niet meer!

De schrijver
De schilder Paul Cézanne (1839-1906) was reeds jong een klasgenoot van Emile-Edouard-Charles-Antoine Zola, en toen deze, dertig jaar oud, in het huwelijk trad, was die jeugdvriend zijn getuige. Enkele jaren tevoren, in 1867, had Zola succes met de roman Thérèse Raquin, die als meesterwerk wordt onthaald.

Voordien had de schrijver, als knaap en jongeman, het niet bepaald gemakkelijk gehad. Zijn vader was in 1847, toen Zola zeven jaar oud was, overleden, waardoor Emile en zijn moeder in een moeilijke situatie achterbleven. Voor het lyceum kreeg hij een beurs, maar het leren liep aanvankelijk nogal moeizaam, maar na verloop van tijd profileerde hij zich als een briljante student, waarna hij, op zijn achttiende, samen met zijn moeder naar Parijs is vertrokken.
Daar kon hij echter niet aarden en zo deed hij geen eindexamen. Maar er moest wel brood op de plank komen en daardoor werd hij aanvankelijk douanier, maar dat beviel hem zo slecht dat hij ontslag nam. Zonder middelen van bestaan heeft hij zelfs enige tijd mussen gegeten.
In 1862 trad hij, als magazijnknecht, in dienst van uitgeverij Hachette, waar hij zich al snel wist op te werken, zelfs tot chef in de uitgeverij, en tegelijkertijd publiceerde hij gedichten in tijdschriften.
____________
Afbeeldingen
1. Voorzijde van het stofomslag van een gebonden club-editie van de roman L'Assommoir.
2. Voorkant van een Home Cinema-editie van de film Gervaise, die in de prijzen viel als beste buitenlandse film van het jaar 1956. Voorop Maria Schell.
3. Achterkant van het stofomslag van die editie van L'Assommoir.

zaterdag 11 april 2009

Esmeralda en Quasimodo in de beleving van Jean Delannoy op eerste Paasdag op België Eén-televisie

Ellendigen als protagonisten
De auteur Victor-Marie Hugo — die op dit ondermaanse van 1802 tot in het jaar 1885 heefr rondgescharreld — was een generaalszoon, die niet alleen de bijnaam Napoléon der literatuur heeft verworven, maar die tevens over de beroemdste der Bonapartes in 1852 een boek met proza heeft gepubliceerd onder de titel Napoléon le petit. Eénentwintig jaar eerder, in 1831 had hij reeds één van de beide romans gepubliceerd die zijn roem voor de (eerstkomende) eeuwigheid zouden vestigen: Notre Dame de Paris — een tamelijk omvangrijk epos in elf boeken, dat niet zelden wordt uitgegeven in twee delen —, drie decennia later gevolgd door Les Misérables, waaraan hij in 1860 was begonnen en die op de laatste dag van de maand juni in 1862 voor het eerst is uitgekomen.

Levende Legende
Tijdens zijn verblijf op aarde was Victor Hugo reeds legendarisch geworden — een adjectief waar je steeds voorzichtiger mee moet worden, aangezien het al te veelvuldig, en vooral te onpas, wordt uitgekraamd, maar dat voor sommigen, waaronder inderdaad deze Franse veelzijdige auteur, terecht werd en wordt gebruikt —, niet alleen vanwege hetgeen hij schreef, maar tevens door zijn houding in de maatschappij in het algemeen en binnen de kunsten en de politiek in het bijzonder. Hij rebelleerde binnen de kerk en tevens in de wereld van de kunsten. In Parijs liet hij zich kennen als iemand die zich sterk maakte voor hervormingen was. Zodra hij echter in verbanning leefde, positioneerde hij zich als repubikein. Niet alleen de beide bovengenoemde romans zijn vooralsnog onsterfelijk gebleken, ze hebben tal van bewerkingen, vertalingen en omzettingen in beelden en muziek mogen beleven.

Verfilming uit 1956
De beroemdste verfilming van Notre Dame de Paris werd in 1956 gerealiseerd door Jean Delannoy, die in 2008 op honderdjarige leeftijd is gestorven. In het Frans werd de titel van het boek voor de film aangehouden, onder meer in Duitsland en Nederland kreeg de rolprent de titel De Klokkenluider van de Notre Dame mee. De hoofdrol daarin was voor Anthony Quinndaa (1915-2001) die als gebochelde kolokkenluider in contact komt met de, vooral mannelijke, zinnen prikkelende zigeunerin Esmeralda, die werd uitgebeeld door Gina Lollobrigida (geboren in 1927).
Tijdens eerste paasdag zendt het Eerste, Nederlandstalige Belgische televisienet met de originele naam EEN de verfilming van goed een halve eeuw geleden weer eens uit: tussen 14:05 uur en 16:05 uur. Het is een nog altijd prima te verteren spektakelstuk met hier en daar nadrukkelijk uitgelichte diep-tragische, maar wel heel menselijke emoties.
____________
Afbeeldingen
1. Voorzijde van het eerste deeltje van de in 1956 verschenen, tweedelige pocketeditie in de reeks Bibliothèque précieuse van de Parijse uitgever Gründ.
2. Voorplat van de in 2002 verschenen Duitse biografie van Jörg W. Rademacher in de reeks dtv-
portrait (31055).
3. Voorkant van het tweede deeltje van de onder Afb. 1 beschreven pocketeditie.

vrijdag 10 april 2009

Zwijgende film Die Gezeichneten speelt aan de vooravond van eerste Russische revolutie (1905)

Sint Petersburg 1905
De Russische componist Dmitri Sjostakovitsj (1906-1975) schreef in 1957 zijn Elfde Symfonie, opus 103 — Het jaar 1905 — over het wel en vooral over al het wee van hetgeen zich heeft afgespeeld in de stad Sint Petersburg. Dat is, ten dele, het geval met de inhoud van de zwijgende film Die Gezeichneten uit 1922 van de Deense regisseur Carl Theodor Dreyer (1889-1968), die weliswaar niet tot de reeks van zijn beroemdste rolprenten behoort, en zelfs als een niet echt geslaagde poging tot romantisch drama wordt gekwalificeerd. Zijn latere psychologische films — vanaf 1928 — worden echter gezien als voorbeelden van goede rolprenten.

Hanne verhuist naar de stad
Als gevolg van een overwegend antisemitische attitude onder het gros van de plattelandsbevolking in haar zeer directe omgeving besluit de jonge Hanne-Liebe — in de film gespeeld door Polina Piekowskaja — aan de vooravond van de eerste Russische revolutie in 1905 haar geboortedorp te verlaten en zich bij haar broer Jakow — in de film is dat Vladimir Gajdarov (1893-1976) — in Sint Petersburg te voegen. Die is echter intussen geconverteerd tot het christendom vanwege de mogelijkheid die deze stap hem biedt om als advocaat te praktiseren. Die onverwachte komst van zijn zuster Hanne-Liebe zorgt voor grote problemen tussen Jakov en diens echtgenote — vertolkt door Adele Reuter-Eichberg (jaar van geboorte onbekend; overleden in 1928) —, alsmede met zijn 'omgang' die vooral bestaat uit het Russische burgerdom, dat immers niet van zijn Joodse afkomst op de hoogte is.

Antisemitische monnik
Hanne-Liebe ontmoet haar vroegere vriend Sasja — in de film is dat Thorleif Reiss (1898-1988) —, die zich intussen bij een revolutionaire groepering heeft aangesloten, waarvan ook een zekere Rylowitsj — Johannes Meyer in de rolprent — deel uitmaakt. Deze verraadt echter zijn medestanders aan de overheid en gaat zelf als rondtrekkende monnik het land af om zijn antisemitische ideeën te verkondigen. En zo komt hij eveneens terecht in Hanne-Liebe's geboortedorp waar hij een pogrom tegen de joodse inwoners ontketent, en daarbij wordt ondersteund door Fedja — in de film Richard Boleslawski (1889-1937) —, een jeugdvriendje van Hanne.
Aangezien hun moeder op sterven ligt, keren Jakov en Hanne naar hun geboortedorp terug; ze komen daar aan als de verschrikkelijke gebeurtenissen in volle gang zijn. Daarbij wordt Jakov door Rylowitsj doodgeschoten en zou het niet veel schelen of ook Hanne was daarbij om het leven gekomen, maar op het laatste moment wordt ze door Sasja gered.

Voorstellingen
In 1922 is de eerste première gegeven in Kopenhagen, op 7 februari 1922; kort daarna, op de 23ste van diezelfde maand, was Berlijn aan de beurt met de Duitse première.
In 2008 is op 12 februari een gerestaureerde versie vertoond tijdens het Internationale Filmfestival, ook nu te Berlijn.


De laatstgenoede versie, die afgelopen weken reeds enige malen in de huiskamerbioscoop te zien was, zal door Arte-televisie nogmaals worden vertoond: het is de voorlopig laatste herhaling, in de nacht van zondag 12 op maandag 13 april, opnieuw vanaf 03:00 uur.
____________
Abeeldingen
1. De Deense filmregisseur Carl Theodor Dreyer.
2. De acteur Vladimir Gajdarov.
3. De acteur Richard Boleslawski.
4. Scène uit de film Die Gezeichneten.

woensdag 8 april 2009

Buddenbrooks-verfilmingvan Heinrich Broeloer vanaf donderdag 9 april in Nederlandse bioscopen

Fin de siècle-roman als basis
Op maandag 15 december 2008 hebben we op onze zustersite Tempel der Letteren een uitgebreide bijdrage gewijd aan de nieuwe film Buddenbrooks, in combinatie met de eerdere versies en het in 1901 verschenen roman van Thomas Mann, die voor al die rolprenten de literaire basis had gelegd.
De nieuwe film — met het ondraaglijke clichéwijfje Iris Berben, dat tevens als yoghurtfee het reclameblok meer dan voldoende heeft vergiftigd en als actrice helemaal niets voorstelt, want slechts met een paar grimassen zich een weg heeft weten te vinden in het Duitse filmwereldje — zou pas om of in de herfst in Nederland worden uitgebracht, maar de vertoningen zijn naar het voorjaar verplaatst, en dat betekent in de praktijk dat vanaf donderdag 9 april de film in de grotere bioscopen van Nederland te zien zal zijn. Op woensdag 1 april is er een voorpremière geweest in het Amsterdamse Tuchinski Theater.
____________
Afbeeldingen: Poster voor de nieuwste verfilming van Thomas Manns roman uit 1901 Buddenbrooks.

maandag 6 april 2009

Zola's Thérèse Raquin van Marcel Carné via TV5

Virtuoze aanpak
Negentig jaar is de virtuoze filmregisseur Marcel Carné geworden (1906-1996), wiens meest actieve periode tussen zijn dertigste en zeventigste jaar lag. Zijn formaat bleek al snel aan het begin van zijn carrière met Quai des brumes (1938) en in het laatste oorlogsjaar (1945) met Les enfants du paradis.
Acht jaar later nam hij de roman Thérèse Raquin uit 1867 van Emile Zola (1840-1902) onder handen voor een verfilming met onder meer Simone Signoret (1921-1985) en Raf Vallone (1916-2002), nadat scenarist Charles Spaak (1903-1975) de handeling had verplaatst van Parijs naar Lyon en daarnaast bijna negen decennia naar voren had gezet, waardoor de gebeurtenissen zich aan het begin van de jaren vijftig in de vorige eeuw afspelen.
Carné's film wordt op maandag 6 april vertoond op TV5, tussen 14:00 uur en 15:55 uur.

Het filmverhaal
Een vrouw, die al geen ouders meer heeft en ook nog eens ongelukkig gehuwd is, ontmoet alsnog de liefde van haar leven en die beiden gaan zo in elkaar op dat allerlei waarden vervagen en uiteindelijk tot een grote tragedie leiden.
Hoewel er in 1953 al wel kleurenfilms werden gemaakt, was zwart/wit toch nog de meest gangbare vorm; de beelden die Roger Hubert (1903-1964) heeft geschoten, zijn van uitzonderlijke kwaliteit.

Zola's roman
Na het verschijnen, in 1867, van de roman Thérèse Raquin werden daarover —hoe kan het ook anders — polemieken gevoerd. De fameuze Charles Augustin Sainte-Beuve (1804-1869) schreef echter: "Uw oeuvre zal voor opschudding zorgen in de geschiedenis van de hedendaagse roman."
Thérèse leeft al drie jaar in de schaduw van de Notre Dame, in een doodlopende straat in de buurt van de PontNeuf, een nogal passief, teruggetrokken en schijnbaar ingeslapen leven tussen haar schoonmoeder en haar man, die een klein baantje heeft, ziekelijk is en bepaald niet aangenaam op de koop toe.
Op een avond neemt hij een jeugdvriend, Laurent, mee naar huis, die hij toevallig tegen het lijf is gelopen: jong gebleven, berstensvol temperament, blakend en voor alles in. Dat leidt ertoe dat Thérèse plotseling uit haar lethargie ontwaakt, snel een natuurlijke schoonheid ontwikkelt en van binnen vlam vat. Laurent pikt dat alles op en het komt tot heimelijke ontmoetingen, die weliswaar clandestien zijn, maar hen er niet van weerhouden tot alles bereid te zijn.
Op een zondag gaan de echtgenoot en de minnaar van Thérèse een kanotocht maken . . . . .
Daarna zijn Thérèse en Laurent verder alleen, maar de duistere kanten van datgene wat zich heeft afgespeeld heeft zich reeds in hun persoonlijkheid vastgezet en de beelden en de uitgeschreeuwde agonie van de verdwenen echtgenoot eisen hun tol door middel van een sfeer van verkilling, op de rand van vijandigheid.
____________
Afbeeldingen
1. De Franse filmregisseur Marcel Carné.
2. De Franse schrijver Émile Zola.
3. Voorzijde van de pocketeditie in de reeks J'ai lu, verschenen in december 1979. De tekening op het voorplat is van Gyula Konkoly.


donderdag 2 april 2009

Portret van regisseur David Lean op BBC One

De juiste entourage
Vier van zijn films zijn terechtgekomen tussen de eerste elf van de Top 100 die is samengesteld door het British Film Institute voor Britse films. Dat is een heel respectabel resultaat voor regisseur David Lean (1908-1991).
Over hem, wiens films niet alleen hoog werden ingeschat door het grote bioscooppubliek en een hele reeks kenners, maar die eveneens bijzonder aanzien genoot bij zeer vooraanstaande collega's. David Lean was reeds een halve eeuw geleden een internationaal begrip toen hij veel succes oogstte voor zijn rolprent The Bridge on the river Kwai (1957) waarvoor hem een Oscar werd toegekend, hetgeen vijf jaar later werd herhaald voor zijn tweede, breed opgezette epos: Lawrence of Arabia.

Verfilmde literatuur
Dezelfde filmische opzet streefde David Lean na in Doctor Zhivago (1965) naar de gelijknamige roman van de door de Sovjet-overheid gechicaneerde Russische schrijver Boris Pasternak (1890-1960), die daarvoor werd bekroond met de Nobelprijs voor Literatuur — een beslissing die, niet alleen binnen het rijk van de bruine beer, werd beschouwd als een politieke en helaas niet een literaire vorm van kleur bekennen door de Zweedse academie. In die verfilming wordt, evenals in Lawrence of Arabia duidelijk hoe zeer David Lean heeft gezocht naar steeds de juiste achtergrond voor de scènes. Dat deze in Doctor Zhivago niet zelden een kitschige bijsmaak creëerden, lag niet aan de gekoze entourage maar, althans grotendeels, simpelweg aan de inhoud van het verhaal.

Portret met filmbeelden
Donderdag 2 april zendt BBC One Television een portret uit getiteld David Lean: in search of the perfect horizon. BBC's filmkenner, tevens presentator van onder meer televisieprogramma's met dat thema, Jonathan Ross (geboren 1960) — een somtijds veel te snel sprekend, en niet zelden, mede daardoor, een aalgladde indruk makend boegbeeld van de BBC — presenteert het geheel.
Aan bod komen ongetwijfeld eveneens de andere, al dan niet door grote literatuur geïnspireerde films, alsmede de opvallend lange pauze die David Lean inlaste tussen Ryan's Daughter (1970) en A passage to India (1984).
Het portret wordt de kijker aangereikt tussen 23:35 uur en 00:35 uur in de nacht van 3 april.
____________
Afbeeldingen
1. Topregisseur David Lean.
2. BBC-presentaror Jonathan Ross (maart 2007).